De congregatie ging in op het verzoek van de pastoor, de zusters kwamen en al spoedig breidden hun werkzaamheden zich uit naar verwaarloosde en ouderloze kinderen, lager- en huishoudonderwijs en hulp aan bejaarde mensen. In 1860 stond er een klooster voor de zusters in Thuine, dat in 1869 losgemaakt werd van het moederhuis in Straatsburg en daarmee de geboorteplaats werd van een nieuwe congregatie.
Op 25 november van dat jaar legden zuster Anselma en drie medezusters de geloften af op de Regel van de Derde Orde van de H. Franciscus. Zuster Anselma (1835-1887) wordt beschouwd als stichteres. Als Moeder Anselma was zij de eerste Algemeen Overste van de congregatie, die de naam Franciscanessen van de H. Martelaar Georgius kreeg.
In 1874 telde de nieuwe congregatie 42 zusters en bood ze onderdak aan 120 kinderen. Vanwege de Kulturkampf in Duitsland namen de zusters in 1875 de wijk naar Nederland. Zij vestigden zich niet ver van de Duitse grens in een gehucht bij Denekamp (Overijssel). Daar ontwikkelde zich een bloeiende tak: in 1935 had de congregatie 20 huizen en 345 leden, in 1960 was dat toegenomen tot 30 huizen en ongeveer 600 leden.
De Regel van de Zusters Franciscanessen van Denekamp bevatte oorsponkelijk ook een ‘altijddurende aanbidding’, maar dit werd teruggebracht tot dagelijkse aanbiddingsuren ‘s morgens en ’s middags.
Vanaf 1920 waren zusters actief in Japan (Sapporo) en vanaf 1923 in de Verenigde Staten van Amerika (Alton). Niet duidelijk is hoe groot het aandeel van Nederlandse zusters in deze missies was.
Vanaf 1932 waren er zusters actief in het missiegebied van de Priesters van het H. Hart van Jezus op Sumatra. Deze nieuwe taak was speciaal toevertrouwd aan de Nederlandse tak van de congregatie, omdat het een Nederlands missiegebied was. In Pringséwu werkten de zusters in ziekenverzorging, onderwijs en een tehuis voor weeskinderen. Uitbreidingen op Sumatra volgden met Metro, Tandjung Karang (1937), Baturaja (1948) en Gisting. De zusters werkten in ziekenhuizen, in de wijkverpleging, op scholen en internaten, in een kraamkliniek en ze verzorgden de opleiding van inheemse zusters.
In Noord-Brabant hebben de Zusters van Denekamp sinds 1910 één vestiging, namelijk in Acht, het Antoniushuis voor wijkverpleging, verzorging en opvoeding van voogdijkinderen en verzorging en verpleging van ouderen. Tegenwoordig is dat het Woon- en Zorgcentrum Antoniushuis.
Buiten Noord-Brabant heeft de congregatie vooral kloosters in Twente en verder onder andere in Apeldoorn, Coevorden, Den Haag, Renkum en Wijk aan Zee.
Behalve in bakermat Duitsland zijn ze zoals gezegd ook actief in de missie in Indonesië (Zuid-Sumatra), Japan, Tanzania, Amerika en Brazilië.
Foto’s
Zusters Franciscanessen van Denekamp in koorgebed, ca. 1965. Origineel: Oriëntatiecentrum voor Kerkelijke Roeping. Bron: Katholiek Documentatie Centrum, fotonr. 2B01411.
Met kleuters aan het ontbijt, 1965. Bron: Katholiek Documentatie Centrum, fotonr. 2B1414.
Zusters in de missie, z.j. Origineel: Oriëntatiecentrum voor Kerkelijke Roeping. Bron: Katholiek Documentatie Centrum, fotonr. 1B16082.
Bronnen
Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant. Alphen a/d Maas, 2010.
Repertorium van Nederlandse zendings- en missie-archieven 1800-1960, lemma Franciscanessen van Denekamp.
Website Zusters van Denekamp.
Reactie toevoegen