De relikwie werd vastgehouden door de pater (Kapucijn) en gekust door de gelovigen. Er was ook nog een doekje waarmee de relikwie telkens werd afgewreven. Of dat laatste door de pater of door de misdienaar gebeurde, weet ik niet meer. Wel weet ik, dat ik als kind eigenlijk nooit geconfronteerd werd met kussen in het openbaar. Kussen bij een ontmoeting, van familie bijvoorbeeld, was ons toen totaal onbekend. We gingen niet naar de film en er was nog geen TV. Het kussen was een beetje “werelds” voor ons, denk ik. Of het kwam alleen in relaties voor.
Maar nu stond ik er ineens bovenop, terwijl al die kostschoolmeisjes onder mijn ogen de relikwie kusten. En ik kende die meisjes! We woonden naast de kostschool en mijn vader werkte bij de zusters. Het was toch anders als de zusters of de bejaarden dat deden, denk ik nu. Voor zover mijn ervaring.
Wat zijn relikwieën eigenlijk? Meerdere godsdiensten kennen relikwieën. Binnen de rooms-katholieke kerk worden met relikwieën de overblijfselen aangeduid van het lichaam van heiligen of voorwerpen die met het lichaam van Jezus, Maria of een andere heilige in contact zijn geweest. Dergelijke voorwerpen worden, op volgorde van belangrijkheid, in drie categorieën ingedeeld.
Eerstegraads relieken zijn lichamen of lichaamsdelen van overleden heiligen; tweedegraads relieken voorwerpen die met Christus of een heilige in contact zijn geweest tijdens hun leven (kleding, schoeisel, gebruiksvoorwerpen, enz.); en derdegraads relieken zijn voorwerpen die met Christus of een heilige in contact zijn geweest na hun dood (zoals de Heilige Lans, lijkwades, aarde uit een graf, enz.).
De relikwieën zaten in een houdertje (theca genaamd) met een glaasje, zodat je de relikwie kon zien. En bij de relikwieën hoorde een certificaat van echtheid. De relieken worden meestal bewaard in de sacristie. Het vereren van relikwieën is terug te voeren op de vroegchristelijke gewoonte om de liturgie te vieren boven of nabij het graf van martelaren, bijvoorbeeld in de catacomben in Rome. Toen in later tijden op of nabij de graven van martelaren kerken verrezen, ontstond de gewoonte om relikwieën in het altaar te plaatsen. Deze gewoonte bestaat in katholieke kerken nog steeds.
Als gevolg van de middeleeuwse reliekenhandel is verering van relikwieën binnen het christendom omstreden. Reliekenverering zou volgens sommigen een voortzetting zijn van heidense afgoderij en heldenverering en zou de aandacht afleiden van God. Veel protestanten wijzen het vereren van relikwieën daarom af. In onze dagen is de verering van relikwieën, in ieder geval in Nederland en België, op veel plaatsen in onbruik geraakt.
Bronnen: voor de uitleg over de relikwieën heb ik gebruik gemaakt van informatie op internet.
Illustraties:
Het tonen van relieken vanaf de ommegang van de Servaaskerk in Maastricht.
Theca met een reliek van het H. Bloed
Reliekschrijn met de onderarm van de H. Marina (Berg Athos).
Reactie toevoegen