Zo kom je de zusters tegen in de wijkverpleging, de ziekenverpleging, het onderwijs, de bejaardenzorg en de zorg voor gehandicapten, in de hulp aan gastarbeiders en bij hulp in parochies.
De oprichter van deze congregatie was pastoor G. van Schijndel, een eenvoudige dorpspastoor en ijverige priester in Erp-Boerdonk met een groot hart voor de missie. Hij was zelf als Witte Pater in Algiers en Malta geweest, maar het Franse karakter van die orde stond hem tegen. Hij wilde eigenlijk een eigen ‘Hollandse’ missiecongregatie stichten, en deed daartoe tussen 1907 en 1910 verschillende pogingen.
Dat lukte echter niet zo erg: bisschop Van de Ven liet zijn pastoor wel zo’n beetje z’n gang gaan - Van Schijndel runde in zijn tuin een soort seminarie - maar het Vaticaan zag geen heil in zo’n nieuwe congregatie. Daardoor liepen de pogingen van Van Schijndel op niets uit en gingen vier van zijn priesterstudenten over naar de scheutisten. Op zich al bijzonder, want pastoor Van Schijndel had vooral contacten met de paters SVD.
Van Schijndel had ook postulanten van de Zusters van Boerdonk onder zijn hoede en dankzij die contacten met de paters SVD gingen op een gegeven moment zes van hen bijna over naar de Missiezusters Dienaressen van de H. Geest, de vrouwelijke tegenhanger van de paters SVD. Dat kon nog net voorkomen worden, toen Van Schijndel op 17 februari 1913 wél toestemming van paus Pius X kreeg voor een zustercongregatie.
Deze congregatie is enigszins een afgeleide van de Franciscanessen van Etten, maar ze is ook geaffilieerd aan de Orde van de Minderbroeders Kapucijnen. De zusters woonden aanvankelijk in een primitief gebouwtje naast de pastorie van Boerdonk. Sinds 1921 staat het moederhuis in Asten, vandaar dat ze ook als Missiezusters van Asten bekend staan, of als Missiezusters van de H. Antonius, Boerdonkse Zusters, of kortweg Franciscanessen van Asten
In Noord-Brabant hadden de zusters kloosters in Asten (klooster Mariaschoot en het Moederhuis, klooster Ave Maria); Beek en Donk (Sint Leonardushuis); Boerdonk (Huis Sint Antonius); Breda (klooster Sancta Maria); Moergestel (Sint Antoniushuis) en Putte (verzorgings- en retraitehuis Villa Bieduinenhof).
Buiten Noord-Brabant hadden de zusters een klooster in Haarlem, buiten de landsgrenzen waren ze actief in Noorwegen, Borneo, Aruba en Brazilië.
Foto’s
- De zusters bij gelegenheid van het 25-jarig bestaan in 1938. De postulanten zitten geknield op de voorste rij; rechts achter, met witte sluier, staan de novicen. Bron: collectie Katholiek Documentaie Centrum, nr. 1A34730
- Missiezusters Franciscanessen van de H. Antonius van Padua, 1965. Bron: collectie Katholiek Documentaie Centrum, nr. 2B1138.
- Overdacht van het klokje van het klooster Maria Schoot in Ommel aan het Klok & Peelmuseum Asten, 1999. Bron: collectie Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven, nr. 114010
Bronnen
- Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant (Alphen a/d Maas 2010).
- Jo Geurts, Honderd jaar Retraitehuis Uden 1913-2013. Een huis met een missie (Uden 2013) 17-18.
Reactie toevoegen