
Broeders De la Salle gaven onderwijs in Achthuizen
Na de oorlog kwamen de zusters Franciscanessen uit Bennebroek niet meer terug in het klooster te Achthuizen. De broeders De la Salle uit Baarle Nassau hebben heel veel werk verricht omdat met de inundatie alles nat en onder de modder zat in de bestaande school. Wie weet hier meer over ?
Reacties (3)
Hallo Jeanne, je zou deze vraag kunnen voorleggen aan het Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven, dat het archief van de Broeders van De la Salle / Broeders v.d. Christelijke Scholen bewaart. Contactgegevens:
- Kloosterlaan 24, 5435 XD Sint Agatha
- telefoon: 0485 - 31 10 07
- e-mail: info@erfgoedkloosterleven.nl
- website: www.erfgoedkloosterleven.nl
Een inventaris van dit archief hebben zij online gezet: https://www.erfgoedkloosterleven.nl/zoeken/collecties-zoeken.php?mivast… Daarin zou je alvast kunnen kijken welke onderdelen mogelijk interessant zijn in verband met je onderzoek.
De volgende archiefnummers zijn o.a. interessant wat betreft de activiteiten van de broeders in Achthuizen:
- 281 Achthuizen, 1945-1950
- 379 Registre du personnel van Achthuizen en Mierlo-Hout, 1949-1985 (1 deel)
- 380 Verhandeling "Geschiedenis van het St. Jozefgesticht te Achthuizen, 1945-1950", z.j. (1 omslag)
- 2123 Foto's van communiteit en klas met docent te Achthuizen, 1947 en z.j. (1 omslag)
Je zou het genoemde erfgoedcentrum kunnen mailen met de vraag welke stukken uit het archief nog méér interessant zijn en hoe de stukken hierboven geraadpleegd kunnen worden. Misschien dat dit wel op het erfgoedcentrum zelf moet gebeuren.
Hartelijke groet,
Dit artikel kan op internet gevonden worden via Google. Boven het artikel staat een foto van het St. Jozefgesticht.
Broeders van Achthuizen: vrome pioniers in een dorp in wederopbouw
vr 4 jul, 12:22 Algemeen 367 keer gelezen
GOEREE-OVERFLAKKEE - Toen de zusters Franciscanessen na de oorlog besloten niet terug te keren naar Achthuizen, sloeg dat bij de bevolking in als een donderslag bij heldere hemel. Hun vertrek liet een gat achter in het onderwijs en het dorpsleven. Maar het wonder geschiedde: vijf broeders van de Christelijke Scholen uit Baarle-Nassau namen het stokje over, gekleed in hun zwarte togen met witte bef en gewapend met geloof, discipline en toewijding.
Door drs. C.M. Koene
Op 12 november 1945 arriveerden de broeders in Sluishaven en betraden ze, na een warme ontvangst, hun nieuwe woonruimte: het voormalige zusterklooster. De omstandigheden waren erbarmelijk: vochtig, tochtig, en slechts één kachel om de kou te trotseren. Zelfs het gebruik van gaslicht was nieuw en onhandig. Toch was er een duidelijke missie: het onderwijs nieuw leven inblazen - koste wat kost.
Het schoolgebouw troffen ze in deplorabele staat aan. Tijdens de inundatie waren lokalen onder water gelopen, archieven verloren gegaan, muren vervuild met klei en modder. Maar samen met parochianen klaarden de broeders de klus. Broeder Augustinus - energiek en kordaat - nam de leiding en werd hoofd van de jongensschool.
Onderwijs en samenleving, hand in hand
Ondanks de schaarste en bureaucratische vertragingen vanuit het ministerie van Onderwijs, zetten de broeders hun schouders eronder. Ze accepteerden de sobere levensstijl en kozen bewust voor een bestaan dat aansloot bij dat van de gezinnen van hun leerlingen. Ze woonden in het Sint Jozefgesticht en maakten met beperkte middelen veel mogelijk.
Onder hun leiding werd de school gesplitst: jongens onder de hoede van de broeders, meisjes onder juffrouw Annie de Waal. Een schutting verscheen op het schoolplein, de gangen werden fysiek gescheiden. Maar daarachter bloeide een gemeenschap op. De bewaarschool ging weer van start, net als de modevakschool, en zelfs het Wit-Gele Kruis vond onderdak in het gesticht met een consultatiebureau voor de vele jonge gezinnen van het dorp.
Meer dan onderwijzers
De broeders beperkten zich niet tot het klaslokaal. Ze speelden orgel, ondersteunden het kerkkoor, richtten jeugdverenigingen op, en begeleidden kajotters, verkenners en sportteams. Avondcursussen voor ondernemers, agrariërs en arbeiders kwamen van de grond. In het patronaat regisseerde broeder Augustinus zelfs toneelavonden - kritisch op het acteerniveau, maar lovend over de saamhorigheid die ze teweegbrachten.
Zelf bleven de broeders zich ook ontwikkelen. Ze volgden applicatiecursussen in Schiedam om hun didactische vaardigheden op peil te houden - een blijk van professionaliteit en ambitie.
Koninklijk bezoek en een bittere pil
Toen in 1947 prinses Juliana en prins Bernhard het eiland bezochten, wisten de broeders - samen met pastoor Dessing - hen naar Achthuizen te trekken. Een kranslegging bij het door broeder Augustinus geïnitieerde monument voor oorlogsslachtoffers maakte diepe indruk. Achthuizen was voor even landelijk nieuws.
Maar in 1948 hing er een donkere wolk boven het klooster. Een decreet uit Rome bepaalde dat religieuze onderwijsordes zich dienden te richten op stedelijke gebieden. Achthuizen, met zijn bescheiden schaal en trouwe katholieke kern, viel buiten de boot. Protesten ten spijt vertrok broeder Augustinus in 1949, gevolgd door de rest op 1 september 1950. De samenwerking eindigde zoals ze was begonnen: met respect en dankbaarheid. “De mens wikt, God beschikt”, schreef broeder Johan in zijn afscheidsbrief.
Een onvergetelijke erfenis
De herinneringen aan de broeders leven voort in de verhalen van oud-leerlingen. Broeder Amandus, geliefd om zijn fanatisme op het voetbalveld, en broeder Kok met zijn dagelijkse toetersignaal om twaalf uur. Namen als Vincentius, Ireneus en Wilhelmo zijn verankerd in het dorpsgeheugen.
In slechts vijf jaar bouwden zij niet alleen aan herstel, maar ook aan een nieuwe toekomst. Zij brachten structuur, warmte en geloof op een moment dat het dorp dat het hardst nodig had.
Hartstikke fijn Cor dat je Jeanne hiermee verder helpt, bedankt!
Reactie toevoegen