Het rijke roomse leven in brabant 1900-1970

Hiërarchie en democratie in Jongensstad Eymard-Ville: een uniek bestuurssysteem

Internaten

Eymard-Ville in Stevensbeek onderscheidde zich van veel andere Brabantse priesteropleidingen door een uniek bestuurssysteem. Op de meeste seminaries werd alles namelijk van bovenaf door de clerici geregeld. Op Eymard-Ville hadden de studenten echter zélf veel bestuurlijke functies, in een democratisch en hiërarchisch systeem dat bekend stond als ‘de jongensstad’. Een oud Eymard-Viller aan het gymnasium, Toon Swinkels, stuurde ons daarvan het reglement uit 1962.


Eymard-Ville. Foto: BHIC.

Organisaties

In 1954 werd de jongensstad gesticht. Vier jaar later, toen het systeem al helemaal ingeburgerd was, kwam Toon Swinkels hier naartoe. “Het is te vergelijken met een dorp, vertelt hij, “Je had allerlei commissies, daar kon je in deelnemen, en uit die commissies kwamen afgevaardigden”. Er waren hoofdorganisaties: het acolietencollege (“Tot bevordering van de eredienst”), de academie (“Voor culturele vorming en ontspanning”) en Be Fair (De Sportcommissie “voor orde, netheid en lichamelijke ontspanning". Er waren ook zogenaamde bij-organisaties: Het Blauwe Lint (“Typografische verzorging van alle publicaties”) en de Bazaar (“De winkel van Eymard-Ville”). Dan waren er nog diverse hobbyclubs. Swinkels zelf was lid van Be Fair en penningmester van Het Blauwe Lint.

Er waren verschillende niveaus burgerschap in Eymard-Ville. De Eymard-Villers in spe, zoals ze werden genoemd, bestonden uit aspiranten en kandidaten. Pas als je deze fases doorlopen had, werd je een echte Eymard-Viller. “De overgang van aspirant naar E.V.’er is groot in afstand, de hindernissen zijn talrijk en moeilijk, het risico is zwaar”, zo staat in het reglement. De Eymard-Villers werden verdeeld in vier graden en om hogerop te komen op deze institutionele ladder, moest je aan een aantal eisen voldoen. Bij elke stap omhoog kreeg je andere rechten en plichten.

Aspirant

Een aspirant moest aan vele eisen voldoen om kandidaat te worden. Om te beginnen moest hij “Dienaar zijn tegenover O.L. Heer in het Allerheiligste Sacrament”, oftewel: hij moest god dienen. En dat dienen betrof ook zijn medemens, dat wil zeggen: klaarstaan voor een ander. Ook moest hij zichzelf dienen, waarmee bedoeld werd dat je jezelf “flink aan moet pakken”. Het “drievoudig dienaar zijn”, zoals het werd genoemd, wordt men door te werken aan studie-ijver, wellevendheid, eerbied, gehoorzaamheid, vertrouwen, stilte, sportiviteit en activiteit.

Kandidaat

Als je jezelf in deze zaken voldoende had ontwikkeld, dan werd je kandidaat. Deze eerste stap omhoog kwam met een aantal rechten. Op het gebied van vrijetijdsbesteding mocht een kandidaat biljard spelen op de tafel die voor zijn graad bestemd was en “roken volgens zijn graad". Op religieus gebied waren kandidaten bevoegd om misdienaar te zijn en een “groep aanbidding” te doen in het priesterkantoor op hoge feestdagen. Het eerste democratische recht dat ze kregen, was het deelnemen aan de adviesstemming voor de voorzitters van de organisaties. Om eerstegraads Eymard-Viller te worden hadden de kandidaten een brevet nodig, dat zij kregen na het behalen van hun misdienaarsexamen, wellevendheidsexamen en Eymard-Ville-examen.

Reglement Eymard-Ville (met dank aan Toon Swinkels) - klik om te vergroten

Eymard-Viller Eerste Graad

Zo kwamen er steeds meer vrijheden en rechten bij. Een eerstegraads Eymard-Viller mocht bijvoorbeeld op vrije middagen met vier man gaan fietsen, tot 21.30 opblijven en meer roken. Ook mocht hij een bestuursfunctie bekleden en had hij stemrecht bij stemmingen voor burgermeester en locoburgemeester (viceburgemeester). Wederom moest hier een brevet gehaald worden om een tweedegraads Eymard-Viller te worden. Hiervoor moest wederom een wellevendheidsexamen afgelegd worden. Ook moest nu het acolietenexamen gehaald worden.

Aspirant Tweede Graad

Een aspirant tweede graad kreeg de kans om leiding te geven. Ook mocht hij door de burgemeester uitgenodigd worden voor een soos. Via een verzoek van de burgermeester aan de pater directeur mocht hij toegelaten worden tot culturele verenigingen. Uiteraard mocht een aspirant tweedegraads Eymard-Viller weer meer roken dan een eerstegraads. Om een brevet te halen voor de derde graad moest een leerling wederom een wellevendheidsexamen en een acolietenexamen afleggen. Bovendien moest hij “in het algemeen goed leiding weten te geven”.

Eymard-Viller Tweede Graad

Hierna werd je een Eymard-Viller tweede graad. Nu mocht je maar liefst tot 22.00 uur opblijven, in je eentje een stukje fietsten, zonder toestemming naar de soos, zelf weten hoe laat je aan godsaanbidding deed en wederom meer roken. Vanaf deze graad kon je ook gekozen worden tot voorzitter van een organisatie zoals Be Fair. Als je op godsdienstig, wetenschappelijk, cultureel en sportief gebied een voorbeeld was, wederom een acolietenexamen had gehaald en een positief advies had van de lerarenvergadering, werd je een derdegraads Eymard-Viller.

Eymard-Viller Derde Graad

Als je de hoogste graad had bereikt, legde je de volgende belofte af: “Ik beloof als E.V.’er van de derde graad een voorbeeld te zijn van dienstbaarheid in alle eisen van onze grondwet”. Nu dat je een Eymard-Viller van de derde graad was, mocht je jezelf verkiesbaar stellen als burgermeester en locoburgemeester. Ook mocht je lid worden van het presidium (een overkoepelende organisatie met paters en leerlingen), had je alle vrijheid om van het terrein af te gaan (als je naderhand verslag uitbracht) en had je niet langer een beperking met roken. Dat mocht nu elk moment dat je geen les had.

Het was een zeer bijzonder systeem met zijn eigen instituten, waarbij leiderschap en dienstbaarheid centraal stonden. Toon Swinkels heeft een mooie tijd gehad op Eymard-Ville. Hij heeft hier alle ruimte en mogelijkheid gekregen zichzelf te ontplooien. Zelf werd hij echter in 1963 van de opleiding afgestuurd nadat hij toch meer geïnteresseerd was geraakt in vrouwen dan in het priesterschap. Hierdoor zou hij een bedreiging vormen voor de leerlingen die wel priester wilden worden. Samen met hem werden nog acht anderen van het internaat weggestuurd. Tegen die tijd waren er echter nog maar weinig studenten die priester werden. In 1966 sloot het gymnasium de deuren, maar het internaat zou nog tot in 1972 doorgaan met de afdelingen mavo en havo.

Meer herinneringen:

Meer over Eymard-Ville

 

Naar de Internatenkaart

9

Reacties (9)

Piet van Son zei op 30 augustus 2020 om 10:34 uur

Ik heb op dit internaat gezeten van 1960 tot 1967. Ik heb hier hele goede herinneringen aan. Wat me het meest bij is gebleven is de deelname aan culturele activiteiten , en dat jezelf ook een culturele prestatie moest leveren voor een hogere graad. Ook de deelname aan een externe tafeltenniscompetitie vond ik fantastisch. Graag zou ik nog contact willen met personen die in die tijd op dit internaat verbleven.

Jan Hurenkamp zei op 9 november 2020 om 21:39 uur

Dag Piet van Son,
volgens mijn gegevens heb ik jou in het schooljaar 1963-64 als leerling in de klas IV gehad voor het vak Homerus. Het jaar daarop in 1964-65 zijn mijn vrouw en ik op 7 augustus getrouwd in Klarenbeek (gemeente Apeldoorn) en ben jij met 7 andere leerlingen uit klas IV van dat jaar bij ons op de receptie geweest. Ik heb vanmiddag nog even jullie namen opgezocht in het receptieboek. Ik weet nog, dat we zeer verrast waren door jullie komst en voelden ons hooglijk vereerd. Er waren ook vier paters-leraren en 2 leken-leraren met dames aanwezig.
Ik begrijp niet meer, waarom jij in 1964-65 niet in mijn puntenboekje voor Grieks noch antiek geschiedenis voorkomt, terwijl je kennelijk toch in dat jaar op het internaat zat en bovendien in het receptieboek tekent met Piet van Son klas IV. Mijn geheugen laat me hier in de steek, maar dat is vergeeflijk voor iemand van 84 jaren. Weet jij zelf nog met wie je naar Klarenbeek bent afgereisd en hoe? Ben wel benieuwd naar je reactie.
Met veel groeten van Jan Hurenkamp,
Kapelstraat 10, 5861CB, Wanssum.

Frans de Laat zei op 16 november 2020 om 14:52 uur

dag Jan Hurenkamp,
Ik ben benieuwd of mijn naam dan ook nog voorkomt in een van jouw puntenboekjes. Ik kreeg in 1965/6 Latijn van jou ik klas 1. Ik vond het leuke lessen maar vermoed dat ik geen hoog cijfer haalde. Ik denk dat ik net als sommige klasgenoten de neiging had om - zoals jij dat noemde - "te snel op onze lauweren te gaan rusten".

Jan Hurenkamp zei op 16 november 2020 om 17:03 uur

Dag Frans de Laat,
Helaas is mijn puntenboekje 1965/6 niet meer in mijn archief aanwezig. Bij de overgang naar het gymnasium in Venray is dat kennelijk verloren gegaan.
Toch leuk dat je even reageerde. Hoe jouw studieresultaten voor Latijn waren, staat me ook niet meer bij, maar je zult best goed terecht zijn gekomen. Rust je nou wel op je lauweren?

Frans de Laat zei op 22 november 2020 om 15:06 uur

dag Jan Hurenkamp,
Ik rust inmiddels (vrijwel) op mijn lauweren na een loopbaan als jurist bij diverse overheden, het laatst bij de provincie Noord-Brabant. Elders op deze site heb ik wat gegevens verstrekt over de verschillende burgerleraren (Broeksteeg, Hermkens, Schoth) in Boschlust rond 1965. Ik hoop dat ik er niet te ver naast zat.....

Frans Groot zei op 25 november 2020 om 17:35 uur

Beste heer Hurenkamp,
Van 1962 tot de zomer van 1966 ben ik Stevensbeek geweest. Eerst DSS en daarna gymnasium waar ik Latijn van u heb gehad. Ik zat o.a. in de klas met Jo Bardoel die ik recent in Amsterdam heb bezocht. We gaan kijken of we herinneringen kunnen ophalen en delen.

Pieter van Wissing zei op 2 september 2021 om 09:55 uur

Beste Piet van Son, ik vroeg me af of u familie bent van de familie Van Zon/Son die in de jaren dertig in het Brabantse Oosterhout woonde (destijds Pannenhoefstraat). Vriendelijke groet.

Thijs de LeeuwBHIC zei op 12 september 2021 om 12:34 uur

@Pieter: nog bedankt voor je bericht. Ik heb inmiddels een reactie terug van Piet van Son. Hij geeft aan van 1960 tot 1967 op Eymard-Ville te hebben vertoefd, toen in Valkenswaard woonde en geen familie heeft in Oosterhout - voor zover hij weet althans.

Piet van Son zei op 15 september 2021 om 12:23 uur

Beste Jan Hurenkamp

ik zal zeker in 4 gym gezeten hebben en waarschijnlijk ook van Homerus hebben genoten.
Van jullie trouwpartij kan ik me niets meer herinneren.
Na gym 5 ben ik naar Venray naar de HBS gegaan vanwege slechte cijfers voor de klassieke talen.
Ik bleef echter op het internaat in Stevensbeek.

Reactie toevoegen

Je e-mailadres is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.