
We weten wél dat in 1531 de kerk die er toen stond, in een ruïneuze staat verkeerde. Kennelijk was het dorp alle gevolgen van de Brabants-Gelderse oorlogen nog niet te boven gekomen. Op 26 januari 1512 hadden Gelderse troepen Geffen en Nuland namelijk platgebrand en daarbij zullen ze de kerk zeker niet hebben overgeslagen.Vanaf 1531 begon men aan de herbouw en restauratie. Daarbij is zeker gebruik gemaakt van bouwmateriaal, afkomstig uit de oude kerk.
Enkele eikenhouten balken in de linkerzijbeuk laten nog steeds de brandsporen van 1512 zien. Ook in de jaren tussen 1590 en 1605 hebben het dorp en ook de kerk veel geleden. Dit was voor deze streek de meest rampzalige periode van de Opstand tegen de Spaanse koning. Zodra de soldaten wegbleven, begon het herstel.
Het jaartal 1607 in één van de moerbalken boven het middenschip is daar een stille getuige van. En de Bossche bisschop Zoes, die in 1623 de parochie Geffen kwam inspecteren, meldde dat enige tijd vóór zijn bezoek de kerk een pannendak had gekregen in plaats van het bestaande strooien dak.
(Foto: H Hundertmark; klik op de foto voor een vergroting)
Tot 1893 zag de kerk er van buiten uit zoals op deze prent uit de achttiende eeuw: een toren met een piramidevormige spits, een vrij hoog middenschip en een lager koor met transept. In 1893 liet architect C. Franssen het koor verhogen en het middenschip verbouwen. De laatmiddeleeuwse kapconstructie bleef daarbij grotendeels gehandhaafd.
Opnieuw kwam het gebouw met oorlogsgeweld in aanraking, toen bij de bevrijding van Zuid-Nederland de Duitsers en de geallieerden in het najaar van 1944 hevig met elkaar in gevecht raakten. Artilleriebeschietingen brachten zware schade toe aan de Geffense kerk. De toren vertoonde een groot gat en van de rechterzijbeuk stond weinig meer overeind.
Sindsdien zijn er verschillende restauraties gevolgd, die het voortbestaan van dit belangrijke monument voor Maasdonk en de regio hebben verzekerd.
Wij zijn benieuwd naar jouw herinneringen aan het leven in de parochie en aan de geestelijken met wie je vroeger als gelovige te maken had.
In 1953 werd pastoor J.C.M. van de Pas in de parochie ingehaald. Zijn kapelaan was J. Galema. En midden jaren zestig was pastoor Smulders degene die de H. Mis opdroeg.



Reactie toevoegen