Het rijke roomse leven in brabant 1900-1970

De H. Fideliskerk in Breda

RK kerken

De geschiedenis van de minderbroeders kapucijnen in Breda is er een van komen en gaan. Ze hebben veel moeite moeten doen om er zich te vestigen en werden al eens verjaagd. In 2013 veroorzaakte het teruglopende aantal broeders andermaal hun vertrek.


Foto: G.J. Dukker, Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed 340.625 (2002)

De kapucijnen kwamen in 1625 naar Breda, nadat de veldheer Ambrogio Spinola de stad voor de Spanjaarden had veroverd. Hier leefden de broeders onder armoedige omstandigheden, maar dat doorstonden zij graag, want als volgelingen van de H. Franciscus van Assisi droegen zij de armoede hoog in het vaandel. Enkelen van hen stierven aan de pest en in 1637 werd de kloostergemeenschap alweer verjaagd na de herovering van de stad door stadhouder Frederik Hendrik. Ze trokken naar Meersel-Dreef, net over de grens. Nog steeds is daar een kapucijner klooster, dat de Bredanaars goed weten te vinden.

Het zou tot 1887 duren, voordat er weer kapucijnen naar Breda terugkeerden. Aan de Schorsmolenstraat bouwden zij zelf hun kerk, toegewijd aan Sint-Fidelis, en hun klooster. Beide gebouwen (1889) zijn sober uitgevoerd zoals van deze minderbroeders mocht worden verwacht.



Pater Engelbertus, foto: BN De Stem / Johan van Gurp

Pater Engelbertus (geboren in 1889 te Delft) tijdens zijn diamanten kloosterfeest, 1970. (Foto: Johan van Gurp / BN De Stem, coll. Stadsarchief Breda, nr. 19850396)

Het ontwerp was van Pater Justinus, buiten het klooster Adriaan van den Wijngaard geheten. In de nabijgelegen wijk, westelijk van het stadscentrum, richtten de kapucijnen zich op mensen die buiten de boot vielen: de wijkbewoners (die door de rest van Breda als ‘asocialen’ werden bestempeld) en de woonwagenbewoners.

Het hele complex van kerk en klooster is tot rijksmonument verklaard. De paters hebben in 2013 hun klooster verlaten, maar de gebouwen zullen behouden blijven.

Over de paters kapucijnen en hun kerk doen vast nog boeiende verhalen de ronde. Je zou kunnen denken aan pater Damascenus, de gardiaan ofwel kloosteroverste, die in 1954 naar de Fideliskerk kwam en daar tot in de jaren zestig de leiding had. Hij kreeg onder andere hulp van zijn ordegenoot pater Bonaventura, eveneens in 1954 in deze wijk aan de slag gegaan.

In 1963 werd pater Damascenus als pastoor van de Fideliskerk opgevolgd door pater Milo. En weer wat jaren later lag de leiding in handen van pater Engelbertus, die we hiernaast zien op de foto.

 

 

Reactie toevoegen

Je e-mailadres is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.